Stenen vastgezet in mortel
zijn een negatief van toen
geen geheugen, zonder oordeel
absorberen eeuwen, overleven dood
Langs de windhoek van kozijnen
zwijgen klinkers, liggen pannen
stil te wachten
op de dageraad van morgen
Zwevend door de straten,
mensen, parasieten op haar pels
Onze schaduw reeds vervlogen,
zijn wij rimpels in haar tijd.
Steden hebben geen geweten
Verzwelgen levens zonder mededogen
Roeien heel de mensheid uit.
Rondom stilte, stilte van de eeuwigheid.