Trainen of wedstrijdzeilen
Een dinsdagavond wedstrijd is een trainingswedstrijd. Ik vergeet dat soms. Als je aan de start begint wil je gewoon winnen. En als je dat dan niet doet ben je gefrustreerd.
Ons doel was om meer hoogte met de boot te lopen, hoger aan de wind te varen. In de voorgaande wedstrijden voer Kind of Blue wel snel, maar niet hoog. In eerste instantie weet ik dat aan de stand van de mast. Deze zou te ver achterover staan.
Nu is de stand van de mast afhankelijk van de hoeveelheid wind die er staat. Minder wind, mast naar voren, meer wind mast naar achteren. Maar nu is verstellen van de mast een nauwkeurig werkje waarbij je goed moet weten wat je doet. Een beetje teveel spanning op het linker- of rechterwant en de mast staat scheef. Voorlopig ga ik daar geen veranderingen in aanbrengen want er zijn nog genoeg andere mogelijkheden om de trim aan te passen.
Open of gesloten achterlijk
Met een vlak zeil loop je meer hoogte maar minder snelheid. Je zal dus een compromis moeten vinden. Op een Randmeer heb je meerdere mogelijkheden om de trim aan te passen. Wil je een vlakker zeil dan kan je de neerhouder strakker zetten of de voorstagspanning verhogen. Ook het onderlijk is verstelbaar. Naast meer hoogte lopen is een open achterlijk bij meer wind noodzakelijk. Je kan de boot dan vlakker varen. Omgekeerd bij minder wind. Dan wil je juist een gesloten achterlijk. Minder voorstagspanning, minder onderlijkspanning en de neerhouder losser.
Twist
Een zeil waait aan de bovenkant meer uit dan bij de giek. Dat heet twist. Twist beïnvloed je door de spanning op de grootschoot aan te passen in combinatie met de positie van de wagen op de overloop. Hoe hoger de wagen op de overloop staat en hoe strakker de grootschoot hoe minder twist. De twist veranderen doe je om twee redenen: om aan te springen geef je meer twist en om meer snelheid te lopen.
Combinatie van twist en achterlijkspanning
Het trimmen van de zeilen is een combinatie van veel factoren. Meten is daarom van belang. Op alle verstelbare onderdelen heb ik een schaalverdeling aangebracht. De instelling van de avond noteer ik, samen met de windsterkte, om te analyseren en in volgende race opnieuw te kunnen toepassen. Of vermijden natuurlijk.
De race
Eenderde van de bemanning ontbrak. Jammer, want met bft 4 is een vrouw in de trapeze best fijn. Wij hadden afgesproken dat we vooral aan de trim gingen werken om hoger te varen. Dat is gelukt. Wat minder goed lukte was de boathandling. De eerste start was prima totdat we ingehaald werden zonder aanwijsbare oorzaak. Bleek de genua niet goed uitgerold.
Bij de tweede start waren we niet goed weg maar hadden een prima kruisrak waardoor we bij de bovenboei toch goed uitkwamen. Helaas besloot de spinaker een eigen leven onder de boot te gaan leiden. Goed voor je probleemoplossend vermogen, slecht voor je ranking.
De derde start was iets te ambitieus. Een indringstart. Gelukkig voor ons was er een algemene terugroep. Helaas vergaten we daarna de timer goed in te stellen waardoor we bij een minuut te laat starten. Een goed kruisrak en een prima bovenwinds rak zorgden ervoor dat we toch niet als laatste finishten.
Conclusie
Je vaart een wedstrijd of je traint. Combineren is leuk maar niet verstandig.